De nieuwe coach van Rozenburg staat inmiddels alweer een poosje aan het roer van het ‘Vlaggenschip’ van West. Tijd om met de coach eens terug te kijken naar die eerste weken, wedstrijden en uitschakeling in de beker. Zaterdag begint de competitie met een uitwedstrijd tegen ’s Gravendeel, dan zal er veel duidelijk worden over hoe Rozenburg er voor staat. “De kracht van Rozenburg is de ervaring in de ploeg, maar dat moeten we wel laten zien en niet zoals afgelopen week tegen MSV’71 gaan wachten op een bevlieging van Bethslot Woldeamanuel. Dat is te makkelijk”, legde de coach de vinger precies op de zere plek.
“Van Rozenburg wist ik eigenlijk niet zoveel. Twee jaar geleden zaten ze bij De Jonge Spartaan in de competitie”, begint Peter-Marcel zijn verhaal. “Kwam op me over als een leuke ploeg, wel met pieken en dalen. Maar dat is altijd een beetje gokken wat er aan de hand is, beschikbaarheid van spelers, blessures daar heb je niet altijd zicht op. Rozenburg speelde lange tijd bovenin mee en zakte helemaal weg en konden niet meer aanklampen en speelde opeens niet meer mee voor de prijzen. Maar als trainer van een andere vereniging sta je er toch te ver bij vandaan om precies te weten wat er echt gespeeld heeft.”
Hoe ben je in contact gekomen met Rozenburg?
“Ik kreeg mee dat de overeenkomst met Mark van Os opgezegd was. Ik was best wel geïnteresseerd in Rozenburg en dat bij de club aangegeven. Ik heb zeker nooit gedacht hier moet ik niet aanbeginnen. Ik kreeg toch wel adviezen, uit het voetbalwereldje, van begin er niet aan. Ik wilde het zelf ervaren en uiteindelijk bepaal ik zelf. Je krijgt ook als club snel een stempel. Als je in korte tijd trainers wegstuurt denkt de buitenwacht al snel dat het een ongecontroleerde bende is. Dat stempel krijg je dan, zo werkt dat in de voetballerij. Voor mij absoluut niet een reden om niet naar West te komen en de uitdaging aan te gaan.”
Wat was de reden van je vertrek bij De Jonge Spartaan?
“Zelf had ik nog wel graag door willen gaan. De spelersgroep ook wel, maar de voorzitter had een andere mening. Ik heb zelfs achteraf begrepen dat die verbinding al eerder op knappen stond, dat kan, maar heb het niet echt gemerkt. De resultaten gingen moeizaam, dat is de voetballerij dan moet je overal rekening mee houden. Kampioenschappen zijn snel vergeten, je bent zo goed als je laatste wedstrijd. De club heeft na vier jaar geen fatsoenlijk afscheid genomen, dat heeft wel zeer gedaan. Mensen met het hart op de juiste plaats hebben dat wel gedaan, bestuur niet dat blijft jammer.”
Nauta is geen hopper als trainer. Bij de meeste clubs toch wel vier jaar als trainer werkzaam geweest. Het begon bij Bernisse, waar hij instapte toe de toenmalige trainer de laan uitgestuurd werd. Toen Bernisse iets anders wilde is Peter-Marcel Nauta bij het tweede team van PFC terecht gekomen en werd ook assistent van Rob Vuik. Na PFC kwam OHVV en de laatste ploeg van Nauta was DJS uit Middelharnis. Bij OHVV werd hij benaderd door Adrie Poldervaart, bij wie hij stage had gelopen tijdens het behalen van het trainersdiploma TC2. Daar stond hij weer met twee voetjes in de klei en moest de wastas wel eens zelf mee naar huis nemen. Inmiddels is Nauta wel een trainer die gewend geraakt is aan dat dingen geregeld zijn.
Wat trof je aan op West?
“Was best een vreemde situatie als je vlak voor een voorbereiding ergens instapt. Dat ik geen invloed had op de samenstelling van de groep vond ik niet zo erg. Spelers die naar een club komen moeten graag voor de ploeg willen spelen en niet voor de trainer. Als je dat te veel toestaat loopt je club leeg als de trainer vertrekt. Er stond een groep maar die is smal. Er spelen nog wel wat dingentjes maar daar probeer ik me afzijdig van te houden, zeker als ik er geen invloed op heb. We moeten eerlijk zijn. Kwalitatief is de selectie smal. Dat betekend dat als er sommige spelers om wat voor reden dan ook niet beschikbaar zijn, dat een aderlating is. Laat duidelijk zijn dat ik blij ben dat er sommige jongens van Onder19 doorgestroomd zijn naar het tweede en inmiddels drie aangesloten bij het eerste. Maar daar mogen we niet gelijk van verwachten dat die de boel op sleeptouw nemen. Daar heb je toch de routiniers voor nodig. En als je naar afgelopen zaterdag kijkt (MSV’71 voor de beker, red.) was ik teleurgesteld in vooral de mentale weerbaarheid van het elftal.”
Hoe kijk je terug op de wedstrijden tot nu toe?
“Op zich heb ik wel goede dingen gezien en toch wel tevreden, alleen het gaat wel met pieken en dalen. De stabiliteit ontbreekt, ik vind dat je als elftal altijd een ‘ZES’ moet scoren, liefst een zeven. Zeker niet de ene week een acht en de volgende week een drie. Met het feit dat spelers weleens een weekendje weg zijn of een keertje een festival bezoeken kan ik wel omgaan. Dingen veranderen nu eenmaal. De maatschappij is in beweging, de jeugd is in beweging. Toen ik zelf speelde was dat er allemaal niet. Daar ligt dus een taak voor de trainer om te proberen op de juiste momenten de prioriteit aan het voetbal te geven. Je moet je er niet altijd bij neerleggen andere zaken belangrijker zijn, maar soms is het niet te voorkomen.”
Je straalt rust uit!
“Dat kan, maar ook ik heb spanning. Door eigen toedoen uitgeschakeld in de beker, zaterdag tegen ’s Gravendeel begint de competitie. Als ik langs de lijn de hele tijd staat te schreeuwen en gek doen denken de spelers dat het zo hoort en alles mag. Op een wat rustiger manier gaat dat denk ik ook. En de meeste spelers zijn daar op den duur ook niet vatbaar meer voor en gaan denken zoek het maar uit. En het respect gaat zeker verdwijnen. Dat getier werkt niet. Ik was eens als toeschouwer bij een wedstrijd waar een oud prof het eerste half uur niets anders deed dan vloeken en tieren naar zijn back. Tot die back de bal een keertje snoeihard de dug-out in schoot. Maar voor de duidelijkheid voor de buitenstaander is het misschien altijd ‘Peis en Vree’ maar binnen wordt wel duidelijk wat er wordt verwacht en tot hoe ver het kan.”
Plussen en Minnen
“De pluspunten liggen met name in de ervaring. Als je kijkt naar ons middenveld met Bryan van der Laan, Vince Lissenberg en Paul Santra heb je een fantastisch blok. En daar schuift Regillio van Buuren dan ook nog in. Natuurlijk moeten ze wel hun taken uitvoeren. Kwetsbaar zijn we voorin, dun bezet. En wat ik zaterdag zag dat we een beetje gokken op een bevlieging van Bethslot (Woldeamanuel,red.), dat kan natuurlijk niet die jongen is net 17 jaar. Doelpunten maken is er één maar als je nauwelijks kansen creëert zoal als tegen MSV voor de beker maak ik me echt zorgen. We moeten stabiel worden, dat is op dit moment belangrijk, taken uitvoeren en voor het teambelang gaan.”
Wanneer is het seizoen geslaagd?
“Een goed niveau van spel halen en hebben we met elkaar afgesproken toch voor een periode te gaan. Dat wordt heel lastig, dat besef ik ook. Ik heb het heel goed naar mijn zin. Ik focus me op de groep en probeer in het randgebeuren niet te veel energie te stoppen. Als het echt belangrijk is hoor ik het vanzelf.”
Een nu al gevleugelde uitspraak van Peter-Marcel Nauta is in één van onze eerste gespreken ‘Het is zoals het is’. Zaterdag begint de competitie in en tegen ’s Gravendeel. Niet makkelijk, maar het is zoals het is. Rozenburg heeft misschien wel een ’ACHT’ nodig om met de punten naar West terug te komen.