Door het coronavirus is Peter-Marcel Nauta niet op vakantie in het buitenland, maar vindt hij het verstandiger een jaartje over te slaan. Gewoon thuis en soms een dagje weg in eigen land. Net terug van een golfpartijtje met zijn vader en jongste zoon kijken we met de coach van Rozenburg alvast voortuit naar het volgende seizoen. En we komen er niet onderuit ook naar een seizoen waar het coronavirus een onderdeel van zal zijn.
Pittige afdeling
“Er zitten goede ploegen bij. Ik denk dat er zeker een ploeg of vijf mee gaat spelen voor de prijzen, dat wordt pittig. Van de ploegen die er niet meer bij zijn ten opzichte van het vorige seizoen waren NSVV en Strijen prima ploegen om tegen te spelen. De Zwerver vond ik een vervelende ploeg. Nu hadden we in de uitwedstrijd ook wel dat gezeur met de scheidsrechter, maar goed in elke afdeling heb je wel ploeg waar het net zo lekker is om tegen te spelen. Vitesse Delft was en is natuurlijk een prima ploeg. We hebben in Delft wel gewonnen, maar Vitesse had het lek op een gegeven moment ook wel weer boven. Er komen ook een paar sterke ploegen voor terug. VVGZ is een gerenommeerde ploeg die toch een aantal jaren eerste klasse heeft gespeeld. Pelikaan ook een lastige tegenstander schat ik in. En met Hellevoetsluis hebben we er een derby bij. Maar het Hellevoetsluis is niet meer het Hellevoetsluis van een paar jaar geleden. Ze zijn wat aan het verjongen en wat nieuwe spelers. En ze hebben het het afgelopen seizoen in zuid best lastig gehad. Of de trainerswissel een rol gaat spelen? Edwin (de Koning,red.) heeft er lang gezeten. Een trainer die toch een band opbouwt met zijn spelers. Zijn hun aanvoeder kwijtgeraakt dus er moet ook weer een bepaalde nieuwe hiërarchie ontstaan. En als je als trainer ergens heel lang zit zijn er altijd wel jongens die aan iets nieuws toe zijn. Keuze voor Paul Bestebreur? Is denk ik een andere type dan De Koning, maar misschien hebben ze daar ook wel naar gezocht. Maar makkelijk is het niet om een trainer op te volgen die ergens lang heeft gezeten.”
Ambitie om er ook zo’n lang avontuur van te maken
“Ik begin pas aan mijn derde seizoen. Bij de meeste clubs heb ik 4 jaar gezeten. Heb ik al eens eerder gezegd je wil wel wat achterlaten. Als de chemie weg is met de spelers is het over. Maar kan ook zijn dat een bestuur wat anders wil. Dat had ik bij de Jonge Spartaan. Met de spelers prima, maar met het bestuur kan er natuurlijk ook wel eens ruis op de lijn komen. Heb het heel goed naar mijn zin prima verstandhouding met het bestuur en de spelersgroep, maar niet uit het oog verliezen dat het natuurlijk ook gaat om resultaten, laat dat duidelijk zijn.”
Versterkingen in de breedte of resultaat gericht
“Beide denk ik. Nieuw bloed in de spelersgroep en misschien als dat nodig is aan doorselecteren denken. Waar we naartoe willen is zoveel mogelijk een herkenbaar Rozenburg. Jonge talenten inpassen in de ploeg, die op den duur het stokje kunnen overnemen. En als ik naar het dorp Rozenburg kijk moet daar een club op minimaal tweede klasse niveau kunnen spelen. Op dit moment denk wel het hoogst haalbare, maar je weet nooit hoe het balletje gaat rollen. Uit onze opleidingen komen niet elk jaar ladingen talenten over. Je moet wel realistisch blijven. We moeten hard blijven werken met z’n allen. De selectie is wat breder geworden dat is niet alleen fijn, maar heb je op dit niveau ook nodig.”
Meer spelers minuten maken in Rozenburg 2
“We hebben 20 veldspelers en 3 keepers. Er kunnen er maar 10 op het veld en één in het doel meedoen. Er zullen dus ook minuten in het tweede moeten worden gemaakt. Dat is alleen maar goed voor de club. Het gaatje tussen het eerste en tweede kleiner maken. Als we de fitheid hebben zoals het laatste seizoen zullen er een aantal in het tweede moeten spelen. Er is een goede samenwerking met Rishi (Doekhie, red.). Je weet dat als je trainer bent van een tweede elftal je wel een beetje je eigenweg kan gaan, maar ook dienend ben naar het eerste elftal. Ik ben bij PFC ook trainer van een tweede elftal geweest dus ik weet wat er kan en hoe het voelt.”
Binnenkort deel 2 van ons gesprek met Peter-Marcel Nauta